De Basset Artésien Normand behoort tot de zesde groep van dit klassement: de lopende honden en zweethonden en aanverwanten. De lopende honden zijn een type jachthonden die, in tegenstelling tot andere types jachthonden, jagen op het wild op basis van geur en niet op basis van het zicht. Ze staan gekend om hun enorm ontwikkelde reukzin en om hun doorzettingsvermogen en capaciteit om het wild over een lange afstand te volgen op moeilijke, soms heuvelachtige terreinen. Het merendeel wordt gebruikt om te jagen op meutes. Tal van lopende honden worden ook gebruikt als speurhond om geblesseerd wild te volgen en te vangen. De lopende honden zijn onderverdeeld in 3 secties volgens hun grootte.

De Basset Artésien Normand is een middelgroot ras met korte poten. Hij deelt zijn voorgeschiedenis met de Basset Hound, die beter gekend is. Hun gezamenlijke voorouders kregen te maken met achondroplasie (dwerggroei), wat vervolgens werd uitgebuit om de moderne rassen te vormen die wij vandaag de dag kennen. Het verschil tussen de gekende Basset Hound en de Basset Artésien Normand ontstond uit het feit dat de Franse kwekers, die de Basset Artésien Normand ontwikkeld hebben, liever een lichtere en lenigere vorm behouden zagen om het accent te legen op zijn jachtcapaciteiten. Het kweken van dit ras begon eind de jaren 1800 en er ontstond ook een tweede tak waardoor er twee Franse Basset-rassen ontstonden. Het verschil ligt in de voorpoten. De Basset Normand, gekweekt door Louis Lane, had kromme voorpoten, wat het verschil maakt met de Basset Artois met rechte poten. In 1924 werd de naam Artésien Normand uiteindelijk toegepast. De Basset Artésien Normand werd definitief erkend door het FCI op 29 oktober 1963.

Het lichaam van de Basset Artésien Normand is lang in verhouding tot de hoogte. Hij heeft een brede rug en volle flanken. Zijn schedel is gewelfd met een grote, zwarte snuit. Hij heeft grote, ovalen ogen die donker zijn van kleur (in harmonie met zijn vacht). De oren zijn zo laag mogelijk aangezet en komen nooit hoger dan de ooglijn. Ze zijn fijn en erg lang (minstens zo lang als de snuit) en gaan bij voorkeur uit in een punt. De staart is vrij lang en wordt als een sabel gedragen. De vacht is fijn, kort en strak. De kleur kan variëren van reebruin met een zwarte en witte mantel (driekleurig) of reebruin en wit (tweekleurig). De schachthoogte is zowel voor de reutjes als de teefjes tussen 30 en 36 cm voor een gewicht dat varieert van 15 tot 20 kg. In tegenstelling tot vele andere rassen, is er weinig verschil qua grootte en gewicht tussen de reutjes en de teefjes.

De gemiddelde levensduur van de Basset Artésien Normand is tussen 12 en 14 jaar. Over het algemeen heeft hij een goede gezondheid. Hij kan echter te maken krijgen met problemen met zijn beenderstel. Hetzelfde geldt voor hernia’s, misvorming van de beenderen of problemen met de wervelkolom en heupdysplasie. De Basset Artésien Normand heeft korte, strakke haren die glad, glanzend en zacht moeten aanvoelen bij het aanraken. Hij heeft weinig onderhoud nodig en een wekelijkse borstelbeurt is voldoende om zijn vacht mooi te houden en om dode haren te verwijderen. Zoals alle rassen met lange oren, kan de Basset Artésien Normand getroffen worden door oorontstekingen. Daarom is het aangeraden om zijn oren regelmatig te controleren. Ook zijn ogen moeten regelmatig onderzocht worden, want die hebben nogal de neiging om te tranen.

De Basset Artésien Normand is een perfecte jachthond op klein wild en hij wordt gebruikt voor de schietjacht. Hij jaagt eveneens op meutes. Dankzij zijn korte poten kan hij in erg dichte vegetatie binnendringen, waar grote honden moeilijk geraken, om het verstopt wild te vangen. Deze hond is perfect geschikt om op konijnen te jagen. De Basset Artésien Normand is redelijk gemakkelijk te trainen en hij is erg gehoorzaam. Hij is moedig en vastberaden wanneer hij jaagt. Het is een zachte hond die graag met kinderen speelt en hij is heel aanhankelijk ten opzichte van de familie, wat van hem een ideale gezelschapshond maakt. Deze hond houdt er niet van om alleen te zijn en hij zal zich heel snel ongelukkig voelen als hij geen gezelschap heeft. De Basset Artésien Normand is geen dominante hond maar hij blijft wel redelijk koppig: zijn baasje zal dus streng maar rustig, consistent en zelfzeker moeten zijn in zijn aanpak. Dan zal je een toegewijde en gehoorzame hond in de plaats krijgen. De Basset Artésien Normand is een sportieve hond die zich graag uitleeft. Zijn baasje moet deze energieke hond dus dagelijks lange wandelingen kunnen bieden zodat hij goed kan lopen. Het is een ras dat zich kan aanpassen aan het leven op een appartement als hij regelmatig wordt uitgelaten. Maar een grote tuin zal hij het leukst vinden. Vergeet niet dat de Basset Artésien Normand een jachthond is die op de geur afgaat en hij zal daarom de neiging hebben om kleine dieren te achtervolgen. Het is dus belangrijk om op je hoede te zijn wanneer je met een Basset Artésien Normand gaat wandelen.